Jaarverslag 2024

Met het jaarverslag rapporteert NADO Vlaanderen over de uitvoering van het antidopingbeleid van de Vlaamse Gemeenschap in 2024.

In het werkingsjaar 2024 nam NADO Vlaanderen 2005 monsters af bij competitieve sporters, waarvan 989 binnen wedstrijdverband en 1016 buiten wedstrijdverband. De meest gecontroleerde sport was wielrennen (wegwielrennen, veldrijden en baanwielrennen inbegrepen), gevolgd door atletiek (outdoor, met inbegrip van veldlopen, en indoor), voetbal, basketbal en triatlon (met inbegrip van duatlon).

17 monsters leverden een positief resultaat op, wat resulteert in een percentage van 1,0%. Van die 17 positieve monsters resulteerden 9 gevallen in het openen van een disciplinairdossier. Tevens werd één niet-analytische dopingpraktijk vastgesteld. In totaal werden 10 dopingpraktijken vervolgd, wat overeenkomt met 0,6% dopingpraktijken in relatie tot het aantal afgenomen monsters. In slechts één geval ging het om stoffen die ook als recreatieve drugs zijn te beschouwen. De cijfers en percentages betekenen opnieuw een lichte daling in vergelijking met de voorgaande jaren. Wegens het relatief laag aantal gevallen, kan moeilijk een tendens worden bepaald. De sporten met relatief hoge percentages afwijkende analyseresultaten, zijn mede te verklaren door het beperkt aantal testen in die sport in verhouding tot de positieve vaststellingen.

De resultaten van controles in fitness-centra vallen buiten het reguliere programma dat onderworpen is aan het WADA. Van in totaal 23 gerichte monsternemingen bij krachtsporters in fitnesscentra, werden 8 afwijkende resultaten gerapporteerd. Dat komt overeen met 30% van de gecontroleerde sporters bij wie een dopingpraktijk werd vastgesteld. Dat is deels te verklaren door de gerichte aanpak, maar de vaststelling blijft wel dat het percentage daar veel hoger ligt dan bij de competitiesport.

NADO Vlaanderen heeft in 2024 een geregistreerde doelgroep aangehouden waarvan het aantal individuele elitesporters per kwartaal varieerde van 113 tot 155. In totaal zijn 174 elitesporters een deel van het jaar of het volledige jaar aan verblijfsgegevensverplichtingen onderworpen. Het merendeel van de elitesporters kwam uit het wielrennen, gevolgd door atletiek. De relatieve stijging van het aantal elitesporters onder verblijfsgegevens is grotendeels gedreven door de noodzaak van een pre-olympisch testprogramma buiten wedstrijdverband.

Verder figureren in dit rapport:
- een overzicht van de inspanningen voor preventie en educatie;
- een statistisch overzicht van de Toestemmingen wegens Therapeutische Noodzaak (TTN’s), met toevoeging van de meest voorkomende stoffen;
- een overzicht van de inspanningen voor het onderzoeken en analyseren van ontvangen informatie en de dopingonderzoeken;
- een statische rapportering van de resultaten op disciplinair vlak van de vastgestelde dopingpraktijken.

Lees ons volledig jaarverslag